vrijdag 7 februari 2020

Charley's Club



Aan de Keizersgracht 324 in Amsterdam staat een majestueus pand: Felix Meritis. Sinds 1982 is dit een Cultureel Centrum, maar het was ooit het hoofdkwartier van de CPN die daar ook de redactie van De Waarheid had ondergebracht. Achterin het gebouw bevond zich de Zuilenzaal, waarvan het hoge plafond werd gesteund door een rij marmeren pilaren, De zaal was door zijn goede akoestiek zeer geschikt als concertzaal en werd verhuurd.
Eind zestiger jaren bestond er in Amsterdam een classic jazzband met kopstukken uit de Amsterdamse oude stijl jazzwereld onder de bezielende leiding van trompettist/saxofonist Frithjof Sterrenburg.
Frithjof, een talentvolle muzikant uit de Amsterdamse school (de kring van Hans IJzerdraat met zijn Western Jazz Group en New Orleans Seven) nam het initiatief voor de oprichting van een eigen orkest Charley's Novelty Orchestra The Crwths. Dit Keltische woord voor lier was een grap om het woord jazz te vermijden en niet meteen in een hokje te worden geplaatst.
De bezetting bestond uit: Frithjof Sterrenburg trompet/altsax/arrangeur, Tom Tukker piano/trompet/trombone, Ré Gruetters tenorsax/klarinet, Pim Gras klarinet/baritonsax, Massimo Götz trombone/piano, Max Vrugt tuba, Dick Klijn banjo, Hans Kip tuba/trombone en Herman Openneer slagwerk. De arrangementen en de stijl van de band konden worden getypeerd als oud blank, anders gezegd de stijl van de classic jazz bands in voornamelijk het New York van de jaren twintig.
Toen tubaïst Max Vrugt moest worden vervangen, omdat hij voor zijn werk naar Engeland vertrok, nodigde Herman Openneer, die mij kende uit de Amsterdamse jazzclub De Blokhut, mij uit Max' plaats in te nemen. Ik kende het repertoire en de stijl, maar er was een probleem: ik had geen tuba, omdat ik trombone speelde. Dat werd snel opgelost, want ik kreeg na een 'sollicitatie' gesprek bij Frithjof thuis een repertoirelijst en een schrift met akkoordenschema's en arrangementen mee, en uit de bandkas werd een tuba aangeschaft. Ik werd vervolgens vriendelijk doch dringend verzocht flink te gaan oefenen.

Het orkest liep als een trein en er werd besloten om een eigen club op te richten. De Zuilenzaal werd een keer per maand gehuurd. De muren werden opgefleurd met zelfgemaakte grote papieren bloemen.  Er werden tafeltjes en stoelen tussen de zuilen geplaatst en er was ruimte om te dansen; Charley's Club was geboren!
Het clublidmaatschap (voor twee personen) was f 3,00 per jaar, de clubtoegang kostte f 1,50 per persoon en de consumpties waren f 1,00. De pers (Het Parool, Vrij Nederland, en De Stem uit Breda) schreef artikelen over de club en het orkest, waardoor er enige bekendheid ontstond. Het resultaat was dat het aantal bezoekers steeds groter werd. Frithjof legde de muzikale lat hoog, zó hoog dat Ré Gruetters het niet meer kon bijbenen en afhaakte. Hij werd vervangen door Wim Deutekom. Er werden stukken gespeeld van onder andere het orkest van Paul Whiteman, zoals 'Side by Side' en 'Whistful and Blue'.
In dat laatste nummer had arrangeur Sterrenburg een chorus geschreven voor 3 trombones (Massimo, Tom en ik) met een eindje dat eindigde op een hoge C. Of ik dat voor mijn rekening wilde nemen? Ja, dat wilde ik wel, blij dat ik ook op trombone een partij mee kon blazen. In 1967 werd in eigen beheer een EP opgenomen met vier nummers in eigen, bijzondere arrangementen.

Massimo Götz was een enorme fan van de Amerikaanse trombonist Bill Rank die speelde in Bix and the Gang, Jean Goldkette and his Orchestra en Paul Whiteman Orchestra. Götz had Bill opgespoord en de test-EP naar hem opgestuurd met de vraag om er commentaar op te leveren.
Dat bleek lovend: "Your band sounds very good and the solo's of the clarinet, trumpet and piano are very good. The style of the arrangements is very much like our records and your arranger did a very good job". Deze tekst kwam achterop de hoes te staan en de 250 exemplaren waren snel uitverkocht. Later werd nog een single opgenomen door platenmaatschappij Imperial met een nummer van The Beatles: 'Honey Pie'. Dit was uiteraard om commerciële redenen, want The Beatles waren toen een rage en de compositie sloot aan bij de stijl van het orkest. Op de B-kant werd een twintiger jaren hit gezet: 'Last Night on the Backporch' met Charley's Vocal Trio met o.a. zangeres Nellie Deutekom, de vrouw van Wim.

Massimo bleef in contact met Bill  (de correspondentie is in mijn bezit). Bill schreef dat hij in 1927, toen hij bij Whiteman kwam, al had gehoord dat dit orkest met veel plezier in 1926 in het Scheveningse Kurhaus had gespeeld; de mensen in Nederland waren er erg aardig en het bier was uitstekend.  Massimo vertelde over Charley's Club en stelde voor dat Bill naar Nederland zou komen, Deze was al van plan om een reis naar Europa te maken, waar hij nooit was geweest. Hij werkte bij een verzekeringsmaatschappij en kon 14 dagen vakantie krijgen. De aanbeveling van zijn Whiteman collega's, inmiddels 41 jaar terug, was hij nooit vergeten, dus zijn plan stond vast: eerst naar Nederland en daarna een paar dagen Engeland.
Op donderdag  11 juli 1968 kwam Bill op Schiphol aan, waar ik toen werkte als assistent van de publiciteitschef.  Met de hele band ontvingen we hem in de Pers- en VIPkamer. Bill, 63 jaar oud, in Amerika vrijwel vergeten en bescheiden van karakter, schreef later dat hij niet wist wat hem overkwam. Met tranen in zijn ogen nam hij het warme welkom in ontvangst. Twee dagen later repeteerde hij met The Crwths. Het eerste optreden was in Charley's Club, hij jamde met The New Orleans Seven in Lanx, trad op in De Blokhut en nam deel aan een opnamesessie in de Zuilenzaal. Bovendien maakte hij met Pim Gras een radio-uitzending voor het programma 'Jazz uit het historisch archief', dat 8 augustus zou worden uitgezonden. Pim liet daarin de opname van 'That's My Weakness Now' horen met Bill en The Crwths. Bill nam daarin de eerste solo voor zijn rekening en blies de sterren van de hemel!

In de zomer van 1969 keerde Bill terug in Amsterdam en speelde hij opnieuw, voor 250 bezoekers, met veel succes in Charley's Club. In de recensies werd gewag gemaakt van een zeer geïnspireerd optreden van The Crwths met gastsolist Bill Rank in topvorm. Alleen begeleid door piano en slagwerk gaf hij een perfecte uitvoering van 'I'm Getting Sentimental Over You', dat hij opdroeg aan zijn oud-collega, trombonist Tommy Dorsey. Bij vertrek naar Amerika zei hij: "Someday I hope to come back, if I am still alive and kicking".
En hij kwam terug: in 1975 op 70-jarige leeftijd, niet in Charley's Club, maar op het Oude Stijl Jazz Festival in Breda, waar hij speelde in een gelegenheidscombinatie. Alleen Dick Klijn, de banjoist van The Crwths, was erbij. Frithjof Sterrenburg was gestopt, zowel met het orkest als met de club.
De opnamen in Felix Meritis uit 1968 en 1969 zijn helaas nooit op de plaat gezet. Waar zijn die tapes eigenlijk gebleven? Wel is er op You Tube een filmpje met de titel 'Bill Rank in Nederland' te zien, geproduceerd door trombonist Victor Bronsgeest. Het geeft een prima overzicht van Bill's verblijf in Nederland en verdient het om veel bekeken te worden. In 1976 nam Bill in Carnegy Hall in New York deel aan een reünie van het Paul Whiteman Orchestra. Een week voor zijn overlijden op 21 mei 1979 in zijn woonplaats Cincinnati, speelde hij nog met de laatste in leven zijnde musici van Jean Goldkette and his Orchestra.
Op dit moment kunnen van Charley's Novelty Orchestra The Crwths, alleen Wim Deutekom, Dick Klijn en de schrijver dezes herinneringen aan Charley's Club ophalen. Ik doe dat met veel genoegen. Sweet memories!