Het moet eind 1978 geweest zijn toen ik een uitnodiging kreeg om als trombonist te komen spelen in Andor's Jazzband, een negenmans formatie met een repertoire van 'small bigband jazz from the twenties' zoals aangeduid op het visitekaartje van de band. Andor Lukacs maakte in die tijd deel uit van een groep Amsterdamse oude stijl jazzliefhebbers die op zondagavond in de Blokhut bij elkaar kwamen om muziek te maken (zie Tante Alie blog 12-2-2019) Hij speelde eerst als banjoïst bij de Bixieland Stompers, maar toen dat stopte en hij was verhuisd naar Breda, kreeg hij het idee om met een selectie uit de Blokhut en de Roaring Twenties Club Breda een nieuwe band samen te stellen. In het begin was er alleen sprake van een gelegenheidsformatie, waarmee in de RTCB Club in Breda op 14 april 1979 voor het eerst werd opgetreden. Etienne Francois, Leo Sluimers, Hans Kip en Herman Openneer waren er toen al direct bij. Andor was de bandleider. Hij bepaalde de definitieve bezetting, het repertoire, organiseerde de optredens en onderhield de contacten met de clubs. Er werd nog niet gewerkt met uitgeschreven partijen, alleen de volgorde van de collectieven en de solo's werden proefondervindelijk vastgesteld. De eerste drie jaar werd er alleen in Nederlandse jazzclubs en festivals gespeeld en met een min of meer vaste bezetting. In 1983 werd het pas echt serieus, nadat er uitnodiging kwam voor een optreden in de Cotton Club in Hamburg. Plotseling moest er van alles worden geregeld. Vervoer, overnachtingen, maaltijden, speellijsten, promotiemateriaal, brieven en contracten in vreemde talen, financiën en last but not least de bandbezetting. Was de vaste negen mans bezetting wel zo vast als het leek? Was iedereen wel in de gelegenheid om zomaar een aantal dagen naar het buitenland te vertrekken? Etienne Francois was meteen al verhinderd en werd vervangen door Ad Houtepen uit Breda. Na een afspraak ergens in midden Nederland, werd er met twee auto's in sneltreinvaart koers gezet naar Hamburg. Daar inchecken in Hotel Adria Hof, snel wat eten en door naar de Cotton Club. Daar werd de band als volgt aangekondigd:
"Heute abend spielt für Sie Andor's Jazzband mit viel Spass wunderschönen Hot Dance und Jazz. Musik aus den Jahren 1922-1929, bekannten und schon vergessen Melodien aus nostalgischen schellack Zeiten."
De Duitsers vonden het prachtig. Auf Wiedersehen! Dat gebeurde dan ook Op zaterdag 5 januari 1984 was de band terug in Hamburg met op de zondagmorgen daarna een Frühschoppen concert in de Buchholzer Schützenhalle. Het kwam er eigenlijk op neer dat de amateur status moest worden omgezet naar een semi- professionele status.Ging dat wel met gezin, werk en het spelen in andere orkesten? Andor kreeg veel te regelen. Je zou denken dat hij een aantal taken aan andere bandleden zou willen overlaten. Delegeren? Dat stond niet in zijn woordenboek. Hij wierp zich, naast de muzikale taken, met al zijn energie op alle andere aspecten van het runnen van een jazzband, die op het punt stond Europa te veroveren. In datzelfde jaar werd in clubs en festivals 23 keer in Nederland opgetreden. Andor ging ondertussen door met het leggen van contacten. Vooral in Midden- en Oost- Europa, waar hij via zijn werkgever Unilever relaties had, wierpen die contacten, ook voor de band, vruchten af. In een interview in de Jazz Pocket van april 1984, het huisorgaan van de Haarlemse Jazzclub, zei hij daar zelf het volgende over:
"Wie in de jaren 1960-1975 oude stijl jazz wilde spelen kon op zondagavond terecht in de Amsterdamse Blokhut waar oud en jong talent tijdens jam sessions verwoed hot jazz probeerde te spelen met redelijk tot dikwijls prima resultaat. Een hele Amsterdamse generatie jazzmuzikanten heeft daar levendige en onuitwisbare herinneringen aan. In 1978 bracht ik een groep ervaren oude makkers bij elkaar om op dezelfde ongecompliceerde Blokhut manier classic jazz te maken. Omdat ik van tevoren wist dat er van repeteren niet al te veel terecht zou komen, moest de bezetting bestaan uit zeer ervaren muzikanten, die in staat waren goed naar elkaar te luisteren en bekend waren met een uitgebreid twintiger jaren repertoire, dat ze zonder veel moeite konden spelen. Zo ontstond er een 9-mans orkest met twee kornetten, een trombone, twee saxen, piano, banjo, sousafoon en banjo. Etienne Francois (kornet en viool) was jarenlang leider van de bekende Animal Crackers. Leo Sluimers -kornet, onder andere lid van de Victoria Band, Hans Kip - trombone, lid van de Training College Jazzband en leider van de Pink Elephants. Remco van der Gugten - sopraan en tenorsax, was 10 jaar leider van de Limehouse Jazzband, Ruud Ditmarsch -klarinet en tenorsax, lid van de Western Jazz Group en de Limehouse Jazzband. Herman Openneer, Nederlands bekendste wasbordspeler, lid van de Animal Crackers en Pink Elephants, Tom Stuip -banjo, lid van onder andere de Dixie Machine en The Down Town Jazz Band. Eric de Jong -sousafoon en bas sax was voormalig lid van de Animal Crackers en Limehouse Jazzband en ik piano met ervaring in vele Amsterdamse formaties. Het repertoire gaat van Jean Goldkette's Orchestra en The Coon Sanders Orchestra naar Mc Kinney's Cottton Pickers en The Duke Ellington Orchestra, maar ook vaudeville shownummers, zoals The Man I Love, spelen we graag." aldus Andor in 1984.
In Januari 1985 was de Jazzclub Hannover aan de beurt, gevolgd door Buchholzer Schützenhalle en de Hannover Jazztage aan het eind van dat jaar. Het jaar daarop was druk: naast alle optredens in Nederland, werd er gespeeld in Praag, Bratislava, Wenen, Hannover, Stuttgard, Luzern, en Dreieichhain/Frankfurt. De zomer trip (met partners) naar Praag was bijzonder, omdat in het toenmalige communistische Tsjecho- Slowakije jazzmuziek door het regiem slechts oogluikend en gecontroleerd werd toegestaan. De stad hing vol met rode spandoeken met teksten van de communistische partij. De band repeteerde min of meer illegaal in het conservatorium, werkte mee aan een radio-uitzending en nam deel aan een festival. Het vervoer ging met een oude stadsbus, georganiseerd door bevriende Tsjechische collega muzikanten. In Wenen trad de band op in Jazzland, dé jazzclub van Wenen en in een groot warenhuis op de derde etage, tussen de japonnetjes. Dit alles onder de bezielende leiding van Andor, die iedereen in zijn eigen taal te woord stond en het allemaal vooraf vanuit Nederland had georganiseerd. Ook 1987 was een druk buitenlands jaar. Opnieuw optredens in Wenen, Bratislava, Biel in Zwitserland, Karlsruhe en Hannover. De bezetting van de band was hetzelfde gebleven.
In 1988 veranderde dat door het plotseling overlijden van kornettist/violist Etienne Francois. Andor moest op zoek naar een nieuwe melodie man naast Leo Sluimers, die in de frontline altijd prima had samengewerkt met Etienne en die goede vrienden waren geworden. Het werd Ad Houtepen uit Breda, een ervaren kornettist/saxofonist uit de Victoria Band. Ad had ook ervaring met het schrijven van arrangementen; een talent waar Andor in de toekomst steeds meer gebruik van wilde maken om compacter te kunnen spelen, om het repertoire voor lezende invallers direct toegankelijk te maken en om de saxofoongroep met een extra saxofonist uit te breiden. Daar kwam bij dat Andor, alhoewel een redelijke pianist, niet de kennis bezat om nummers te arrangeren. Ad kon dat wel. Door zijn komst veranderde een aspect van de organisatie, want Ad was werkzaam in het onderwijs en daardoor niet altijd beschikbaar. Andor loste dat op door meerdaagse optredens in het buitenland te plannen in de schoolvakanties. De andere bandleden stelden zich over het algemeen flexibel op ten aanzien van de geplande data voor optredens.Toch kwam het voor dat er vervangers moesten worden gezocht. Andor was daar nooit blij mee, maar door zoveel mogelijk vaste vervangers in te schakelen, konden die problemen meestal worden opgelost, zonder de kwaliteit van de band aan te tasten. Echter, alleen nog in schoolvakanties op tournee te gaan, veroorzaakte bij sommigen problemen aan het thuisfront. Familiebelangen kwamen in het geding. Wat was belangrijker? Een familie tripje in de schoolvakantie met vrouw en kinderen naar de Ardennen? Of een optreden met de band 2000 kilometer verderop in Wenen? Voor Andor was die keuze niet moeilijk. Hij eiste onvoorwaardelijke aanpassing aan zijn planning en verloor daarbij uit het oog dat de bandleden omhoog gevallen amateurs waren en geen fulltime profs.
In november 1988 nam de band deel aan het Göttinger Jazz Festival:
'Unter der Leitung des Pianisten Andor Lukacs spielen neun bekannte und erfahrene Musiker der Niederländischen Oldtime Jazz Szene anspruchsvollen, swingenden und fröhlichen Hot Dance und Jazz Music,' aldus het programmaboekje van het festival.
Na weer een paar dagen van huis en een duizendtal gevaarlijke snelwegkilometers, vond ik dat het mooi geweest was. Begin 1989 deelde ik Andor mee na tien jaar te willen stoppen. Ik stelde voor dat mijn vaste vervanger, Victor Bronsgeest, mijn plaats zou innemen. Dat lukte meteen, omdat Victor graag wilde en Andor, zoals een goede bandleider betaamt, de continuïteit van de band voorop stelde. De jaren daarna kende de band vele wisselingen in de bezetting. Na 2010 werd het steeds moeilijker om optredens te krijgen voor een band van negen man. Financieel kwam de zaak vaak niet rond, de aandacht voor classic jazz nam eerder af dan toe en de leeftijd ging tellen. Hij had er 34 jaar op zitten als regelneef, presentator, reisleider, chauffeur en pianist en trok zich in het najaar van 2012 terug uit zijn orkest. De band zelf bleef, tot op vandaag de dag, bestaan ( zie de website) Niemand van de oorspronkelijke basisbezetting was toen nog lid van de band. Andor heeft al die jaren op eigenzinnige wijze geprobeerd classis jazz en de band op een artistiek zo hoog mogelijk peil te houden. Hij overleed op 20 december 2020 op 81-jarige leeftijd.Persoonlijk heb ik 10 jaar deel uitgemaakt van de band, veel mooie muziek gemaakt en veel plezier gehad. Dank je Andor, het was zeer de moeite waard.
Bronnen:
-Interviews met Victor Bronsgeest en Leo Sluimers
- Archief Hans Kip
.
.
.
.